oorzaak dat de hei zich niet tot bosch herstelde, maar zich eeuwenlang bleef handhaven. Op sommige plaat sen groeiden, door haar naalden tegen vraat be schermd, de grillige jeneverbesstruiken, maar andere opslag werd niet geduld door het vee. In welken tijd deze heidevelden zijn ontstaan, is niet precies te zeggen en waarschijnlijk zijn zij in ons land ook niet gelijktijdig ontstaan. In Drente zouden vol gens archeologische gegevens in voorhistorische tijden reeds plaggen zijn gestoken, in Utrecht is de hei mis schien in de Middeleeuwen ontstaan. Het bodemprofiel van de hei is natuurlijk door dat alles sterk gewijzigd, maar toch verraden de onderste lagen, dat hier vroeger eiken en berken hebben gestaan. Soms is door den neerslag van de uitgespoelde stoffen der bovenste grondlagen een harde oerbank ontstaan en dan is het zeer de vraag of het bosch zich zal her stellen. De zandkorrels zijn aan elkaar gekit door ijzer- oxyde, het water blijft er op staan en de boomwortels kunnen er niet doorheen dringen. Wil men hier boomen planten, dan moet de oerbank eerst worden gebroken, terwijl ook het natuurlijke bosch weinig kans krijgt zich' te herstellen. Behalve het bodemprofiel zijn op verschillende plek ken in Utrecht en op de Veluwe de oeroude eiken stobben, die er als relicten overbleven, een bewijs, dat de hei vroeger bosch was. Het eiken-berkenbosch was echter niet de eenige bosch gemeenschap in ons land. Zij vormde op den drogen diluvialen zandgrond de climax, op de meer voedsel rijke gronden, daar waar goed doorlatende leem gronden of leemhoudend zand aan de oppervlakte komen, groeide het eiken-haagbeukwoud, dat zich veel rijker en weelderiger kon ontplooien dan het vorige. Het is het mooiste gemengde bosch in ons land, dat echter wortelde op vruchtbaren grond die dus ook heel geschikt was voor landbouw. Het eiken-haagbeu- 70

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 83