fen neer en suizen weer weg. Bedaarder vliegt de hom
mel op de witte bloemen af, terwijl ook zweefvliegen
en vlinders honing komen halen op de geurende ligus-
terbloemen. Ook de liguster is een heggestruik, die zich
goed laat snoeien. Om alle tuinen en tuintjes zien wij
die heggen, in dit geval van de Japansche soort, vaak
zeer ten nadeele van de bloemenborders, daar zijn
gulzige wortels veel water en voedsel uit den grond
halen. Evenals de liguster heeft ook de Evonymus of
het kardinaalsmutsje aandeel in den opbouw van het
duinlandschap, vooral in den herfst als de prachtige
vruchtjes rijpen en de bladeren verkleuren. In koude
winters hebben de struiken soms erg van de konijnen
te lijden, deze vreten de stammen bijna geheel kaal
en dan lijkt het alsof de struiken op witte stelten komen
te staan.
Minder opvallend is de Geldersche roos met de prach
tige koraalroode bessen en tenslotte zijn er nog de
rozen, de kamperfoelie en de bramen, die het duinland
schap in Juni tot een der rijkste van ons land maken.
Wie van struiken houdt, zoekt de duinen op, wie van
geheimzinnige heggen, voetpaden, hagen en heggetjes
houdt, trekt naar Brabant en Limburg, waar we vooral
in het voorjaar, als de struiken groenen, van het rag
fijne landschap kunnen genieten. In de verte teekenen
de silhouetten van de populieren zich af, rood gekleurd
door de uitloopcnde katjes. Achter het groen kleurt het
wit van de bloeiende kersen en in en onder de heg bloeit
van allerlei. Daar staat in het donker de aronskelk met
zijn gevlekte bladeren en groenige bloemen te bloeien,
daar vinden we het muskuskruid, Adoxa, met zijn
bloemkubusjes, daar bloeit ook de anemoon. De heggen
zijn in die streken ook nooit saai en vervelend als de
meidoornheggen of de ligusterhagen om de tuintjes.
Om de tien meter treffen we nu eens een kurkiep, dan
weer een berberis. Dan hooren we in de heg het gezoem
van heel kleine wilde bijtjes en zien we dat daar een
4
49