krijgt iedere boerderij iets eigens. Ook het geriefhout
en de vlier-voor-de-huisapotheek al zal deze struik
in den tegenwoordigen tijd hiervoor niet zoo heel veel
meer worden gebruikt vulden het erf en maakten
het tot iets moois. Waar in de nieuwere polders als bij
voorbeeld de Wieringermeer geen geriefhout meer
noodig is door de nuchtere smidse's en garages op de
boerderij, mist men toch wel de wat rommelige ge
zelligheid, die het oude erf zulk een cachet gaven. Ook
de heggen en singels om erven en bouwland werkten
zeer tot de schilderachtigheid van het landschap mede
en hoewel besnoeid en geschoren, behooren zij toch
ook tot den boom in het landschap.
In Groningen en Friesland zijn het de iepen, die be
schutting aan de boerderij geven en die hier en daar
tot prachtige boomen zijn opgegroeid. Jammer is het
echter dat de iepenziekte hier evenals in Noord-Hol
land veel dreigt te vernietigen wat niet zoo spoedig
hersteld kan worden.
De totaal verschillende bodemgesteldheid geeft aan
Drente een geheel ander landschapsbeeld. We zijn hier
in het Saksische land en het typische diluviale terrein
geeft een eigen karakter aan de boerderij en zijn be
woners. Hier domineert de eik op het erf, maar dat
wil niet zeggen dat we deze boom nu ook rondom
iedere boerderij zullen aantreffen. Op de hoogere
gronden vinden we naast den eik ook den berk en den
beukop den lageren grond en in de stroomdalen zal
men ook den populier en den esch aantreffen. Dat het
hout in deze streken reeds eeuwen geleden werd be
schermd, vinden we in allerlei oude Drentsche stukken
waaruit wel blijkt dat de houtvoorraad in het geheel
niet zoo onuitputtelijk was als men wel eens meent. In
het Drentsche landrecht van 1712 komen bepalingen
voor, die het houwen van eiken en andere boomen ver
bieden. Ook is er een verbod tot het gebruiken van
eikenhout voor dissels, beugels en zweepstokken, terwijl
104