omtrent de beteekenis van die schimmeldraden en tot
welke soorten ze behoorden. Aan den Zweed Melin is
het gelukt een tipje van dezen dichten sluier op te lich
ten. Door proefnemingen is het gelukt aan te toonen,
dat de zwamdraden der boomtrawanten zich werkelijk
in verbinding stellen met de wortels van den boom. De
trawanten onderhouden met den boom een innige stof
wisseling, die aan beide ten goede komt. Het is dus een
soort van symbiose waarbij de een zonder den ander
niet kan leven, dus iets geheel anders als het leven van
een parasitaire zwam op een boom, waarbij de een den
ander uitbuit. De paddestoel kan zonder den boom
niet leven. Waarschijnlijk kan de boom het wel stellen
zonder zijn trawant, maar deze vergemakkelijkt zijn
leven door hem in staat te stellen voeding uit den
humusrijken boschbodem te halen, die hij zonder de
paddestoel niet. zou krijgen. De trawant ontsluit dus
een gedeelte van den boschbodem, dat anders ontoe
gankelijk voor den boom zou blijven.
85