dat den graventijd in herinnering brengt. Sluiten
wij den Graventijd af met het begin van den op
stand tegen Filips II, dan valt juist het oude mid
denpunt van het dorpsleven, het Raadhuis erbin
nen: het werd nog in 1565 voltooid; een tweede
middenpunt: de Sint Jacobskerk, nu de Groote
Kerk genoemd, is in haar tegenwoordigen vorm
hoofdzakelijk uit de eerste helft van de 15de eeuw,
al is er aan reeds begonnen in de dagen van her
tog Albrecht; aan dienzelfden hertog of wellicht
juister aan zijn gemalin danken wij de stichting
van een predikheerenklooster in het Voorhout,
waarvan alleen de Kloosterkerk nog de herinne
ring bewaart.
Meer rest ons niet; geen der oude huizen, die
Vondel nog heeft kunnen zien, geen der typische
burgerwoningen waarvan oude afbeeldingen ons
nog verhalen, heeft aan de historische ontwikke
ling, die verbouw of afbraak medebracht, kunnen
ontkomen. Het is daarom dubbel merkwaardig,
dat men nog in één winkelhuis in de Nobelstraat
(nr. lb) een klein vertrek kan vinden, dat eertijds
als deel van de woning van den 16de-eeuwschen
raadsheer Mr Willem Pijnszen heeft dienst ge
daan: een knap gemetseld gewelf waarvan de vier
ribben in een roos tezamen komen, wijst erop.
Maar er zal wel geen voorbijganger zijn, die er
notie van heeft!
Met de Groote Kerk zal dat wel anders wezenEn
het loont, haar te bezien. Er is reeds bij den eer
sten oogopslag veel van af te lezen: Een zware
toren, een laag kerkschip, een hoog koor het
26
