N u es Coninc Willaem in Hollant komen, daer
hi mit groter weerdicheyt ontvangen wort als t wel
recht was, ende quam rechtevoert in die Hage ende
dede ontbieden verstandelike werclude, om een
Coninclyc Palleys aldaer te maecken, dat noch
hudendaechs die Oude Sael hiet." Zoo lezen wij
het in het verhaal van den schrijver van de „Divi
siekroniek", als hij in zijn geschiedenis van de
Hollandsche graven aan het jaar 1247 genaderd
is, en met dezen korten zin legt hij voor altijd een
der merkwaardigste feiten vast, niet alleen in de
historie van 's Gravenhage, maar ook in die van
de „lage landen", waar hij woonde. Voor het eerst
trad een Hollandsche graaf in het schaakspel van
de Europeesche historie, en al moge hij daarbij
waarschijnlijk meer een door anderen1) vooruitge
schoven stuk geweest zijn, dan dat hij zich naar
eigen wensch en inzicht bewoog, het feit duidt op
de beteekenis, waartoe de afgelegen gouw aan de
Noordzee was gegroeid. Dat hij zelf dit gevoelde
en daarom behoefte had op dit feit nadruk te leg
gen en in dat accent tevens de beteekenis van zijn
eigen positie te doen spreken, kan men opmaken
HOOFDSTUK II
WAT ONS UIT DE MIDDEL
EEUWEN BLEEF
U Hij was door de pauselijk gezinde keurvorsten als
tegenkoning gekozen tegenover den eigenzinnigen Ho-
henstaufer Frederik II.
15