de Rotterdamsche Bank) woont Gijsbert Karei van
Hogendorp; in het Voorhout, vlak tegenover de
Stassart, woont Leopold van Limburg Stirum; aan
de Nieuwe Haven woont Frangois van der Duyn
van Maasdam. Van hen van den eerste vooral
gaat de leiding uit voor het herstel der onafhan
kelijkheid, zoodra na den slag bij Leipzig de kans
voor het Fransche Keizerrijk schijnt te keeren.
17 November 1813 is voor den Haag de groote
dag; hij wordt het voor Nederland. Niet omdat de
opstandsdaden in den Haag zooveel heldhaftiger
zouden geweest zijn dan die te Amsterdam. Maar
in den Haag is van de gelegenheid zich vrij te ma
ken een heel ander gebruik gemaakt dan te Am
sterdam. Hier is onmiddellijk verkondigd, waarop
het aankwam: het vestigen van een nieuwe regee
ring en de uitroeping van den Prins vgn Oranje
tot Hooge Overheid. De tweede stap de uitroe
ping tot Souverein Vorst was voor Amsterdam.
Dat den Haag den eersten deed, waarborgt het
voorgoed zijn nieuwe historische plaats. Symbo
lisch was dan ook de landing op 21 November van
den Prins te Scheveningen, zijn intocht in «de stad;
het Voorhoutkwartier wordt volop achtergrond: de
Prins stapt af bij Van Stirum, brengt 's avonds een
bezoek aan Van Hogendorp, overnacht bij diens
buurman Collot d'Escury in het oude huis van Jan
de Witt, op welks balcon hij de hulde der Hage
naars in ontvangst neemt na zijn uitroeping tot
Souverein; hij neemt ten slotte zijn intrek in het
door de Stassart verlaten gebouw-Huguetan. De
herleving begint.
106