luister en zijn sprekende schoonheid terug te geven in
volle, vernieuwde kracht.
Het inwendige van de kerk bezit enkele merkwaardig
heden, zooals de fraaigesneden koorbanken (veertiend'
eeuwsch, in 1893 door den Bosschen meester H. van
der Geld hersteld en aangevuld), enkele goede beelden,
en een zestiend'eeuwsch grafmonument voor Richard
van Merode, dat jammer genoeg niet gerespecteerd is
toen men de torsende leeuwtjes bovenop in plaats van
onder de zerk plaatste en hun een doopvont van acht-
tiend'eeuwsch maaksel met een modernen deksel te dra
gen gaf.
Het begin van de zestiende eeuw gaf nog wat nabloei
te zien, maar het spookte toen al over heel Europa,
evenzeer op geestelijk als op stoffelijk gebied. Enkele
monumentale kerkgebouwen uit dien tijd hebben geheel
of ten deele de stormen overleefd: Dongen, Bokhoven,
Gilze, Hoeven, Raamsdonk, Son, Neer-Andel, Boxmeer,
Dennenburg, Sprundel, Terheijden, Chaam, Bakel,Berg-
eijk 't Hof, Rosmalen, den Dungen, Geffen, Vlijmen,
Vught.
Na 1648 ligt de kerkbouw in Brabant gedurende ander
halve eeuw vrijwel stil. De reden is reeds in hoofdzaak
vermeld. Bij de staatkundige vernedering kwam de
economische verarming. En dan, omdat de nieuwe eere-
dienst in Brabant eigenlijk geen aanhangers vond, de
ontreddering, de aftakeling, de verregaande verwaar-
loozing van de onteigende gebouwen. Dat er verschei
dene torens uit den bloeitijd het algemeen verval over
leefden, is te danken aan hun waarde voor het gemeen
schapsleven. De gemeentebesturen ontfermden zich
daarover, om het uurwerk in stand te houden, om de
klokken de welluidende klokken van 1306 en later
te gebruiken voor gelui bij blijde of droevige plechtig
heden, om papieren van de gemeente te bewaren tegen
plundering of brand,' en om in gevaarlijke tijden een
verheven punt van uitzicht over den omtrek te hebben.
85