1900 kwamen alleen nog maar binnenpleiten voor;
sedertdien is haar aantal gestadig afgenomen, zoowel
in België, waar er vele waren, als bij ons, met het ge
volg dat zij thans niet meer voorkomen.
Een even belangrijk schip in Vlaanderen en aan de kust
van Noord-Brabant, en veel op de pleit gelijkend, was
de otter. Hij was ontstaan uit de groote pleit, maar voer
niet op zee. De groote voerden een kleinen bezaans
mast en de iets kortere een licht mastje achterin het
hekwerk; de lengte bedroeg 20 a 28 m, doch ook wel
meer dan 30 m. De kleinere waren draai-overboords
met een paviljoendek.
Dat een otter van het groote soort veel op een hek
tjalk leek, zien wij bij het model op afb. 8; ongeluk
kigerwijze staat de bezaansmast er niet goed bij, nl.
sterk hellend inplaats van rechtop.