HOOFDSTUK I
OVERZICHT DER LAATSTE
HONDERD JAREN
Binnenschepen in de ruime opvatting van het woord
zijn feitelijk alle schepen die binnen 's lands grenzen
varen, doch in engere beteekenis verstaat men er de
vrachtschepen van groote en middelbare afmeting on
der en niet de meerendeels kleine vaartuigen voor andere
doeleindenevenmin rekent men er de visschersschepen
en de pleiziervaartuigen toe. Ter nadere aanduiding
verwijzen wij reeds hier naar de officieele tabel op
blz. 22, die de soort der schepen en tevens de sterkte der
vloot aangeeft.
Naar de wijze van voortbeweging is deze in te deelen in
schepen die alleen zeilen, in schepen met zeil- en met
mechanische kracht, in zulke met alleen mechanische
voortbeweging en die welke geen eigen beweegkracht
hebben. Bij de eerste soort komen als uitzondering nog
houten schepen voor, de laatste eener periode die van
den houten scheepsbouw die na een duur van eeuwen
nog maar kort geleden werd afgesloten. De gebruike
lijke indeeling van de geschiedenis van den scheeps
bouw is, behalve naar de soort der schepen, eene alge-
meene naar het tijdperk der Oudheid, der middeleeuwen
en zoo voort tot in den tegenwoordigen tijd. Gelijk op
zoovele bedrijven, drukt de moderne techniek krachtig
en duidelijk haren stempel op onze binnenvaart. Feite
lijk betreft dit meer de schepen dan het bedrijf, hoe
gemoderniseerd dit ook is en in menig opzicht anders
dan vroeger. Veel ingrijpender is de verandering die de
schepen hebben ondergaan en daardoor zooveel meer
opvallend. Dit geeft ons aanleiding in dit hoofdstuk niet
de gebruikelijke geschiedkundige indeeling te volgen,
doch eene die de verandering tot grondslag heeft, welke
10