waarin godenbeelden stonden, gesigneerd door den
Amsterdamschen beeldhouwer I. van Logteren.
De vroegere strenge gootlijst bleef behouden, maar
werd versierd met een houten balustrade en vazen
op de hoeken. Soortgelijk ornamentwerk werd aan
de rivierzijde van het huis aangebracht.
Ook deze toestand heeft op den duur niet vol
daan. In den loop van de 19de eeuw werden de
nissen in den voorgevel vervangen door een viertal
ramen aan eiken kant van de middenpartij. De
beelden van Van Logteren kregen een plaats op de
hoeken van het balkon, waar zij door hun grootte
zeer misstonden. Kortgeleden zijn zij daar vandaan
gehaald en naast de stoep opgesteld.
Wij zien dus dat in Vechtvliet het type van het
breede stadshuis-buiten tot op den huidigen dag ge
spaard is gebleven, ondanks de verschillende ver
anderingen in later tijden. Het optreden van den
Franschen stijl in het 18deeeuwsche ornamentwerk
aan dit oorspronkelijk zuiver Hollandsche huis moet
zijn verklaring vinden in het feit, dat het buiten om
streeks 1725 werd bewoond door den Franschman
Cliquet, een Hugenoot. De verbouwing was dus
niet een modekwestie zonder meer, maar een pro
duct van een duidelijk aan te wijzen vreemden in
vloed. Amsterdamsche connecties deden Clicquet
Van Logteren kiezen als vervaardiger van het
beeldhouwwerk voor zijn buitengoed.
Op de geschiedenis van Vechtvliet gelijkt die van
42