de afmetingen van de ridderhofstad Oudaen, vee!
kleiner nog dan die van het Muiderslot in zijn oor-
spronkelijken vorm. Oudaen besloeg aanvankelijk
nog niet de helft van het tegenwoordige gebouw.
Het kasteeltje beteekende voor den eigenaar
waarschijnlijk weinig meer dan een militair
steunpunt, een blokhuis. De gewone en als wij
dezen term in de middeleeuwen mogen gebruiken
comfortabele woning van den heer was het huis
Oudaen aan de Oude Gracht te Utrecht. Mr S. Mul
ler Fzn vertelt in zijn „Oude huizen te Utrecht"
dat het laatste een van de oudste huizen van de
stad was. Het dateerde zeker uit de eerste helft
van de 14de eeuw, misschien was het nog een dertig
tot vijftig jaar ouder. Het ruime erf strekte zich
uit tot aan het Vreeburg. In 1622 was de situatie
nog zoo. Het huis heette oorspronkelijk Zouden-
balch, naar de eerste bewoners, een Utrechtsche re
gentenfamilie. Van hen ging het in 1395 door erfe
nis over op Dirck van Oudaen.
Het stadshuis had een kasteelachtig uiterlijk
en was in geval van nood te verdedigen. Het schijnt
heel wat grooter en bewoonbaarder geweest te zijn
dan het kasteeltje Oudaen. De bouwmeesters van
dergelijke huizen zijn onbekend, maar het is niet
denkbeeldig, dat het dezelfde mannen waren, die
op het platte land de kasteelen optrokken. De op
drachtgever voor het versterkte stadshuis en voor
het kasteel was dikwijls dezelfde edelman. Het ge
lijktijdig bezitten van een min of meer versterkt
24