torenwachter voor het eerst. Op dezen avond was het niet
zijn gewone eentonige melodie, die hij ieder half uur deed
hoorenniet zijn Ra-ta-ta-ta-ta-deraNeen, vroolijke
deuntjes klonken boven uit de peperbus (Buurtoren),
totdat hij, klokslag 12 uur, 't Wien Neerlandsch bloed en
Wilhelmus van Nassauen liet hooren, waarvoor hij met
een luid hoerah der menigte op straat beloond werd."
In de tweede helft der 19e eeuw werd de torenwachter-
trompetter tot torenwachter-telegrafist; voortaan moest
hij ieder half uur in plaats van trompetten, telegrafeeren
naar een inspecteur van politie, die 's nachts in de hoofd
wacht moest waken. De laatste torenwachter vervulde in
den nacht van 31 December 1911 op 1 Januari 1912 zijn
laatste waakbeurtdoor een beter alarmsysteem bij de
brandweer was hij geheel overbodig geworden. De
wachter op den Buurtoren behoorde voor goed tot het
verleden.
De Buurkerk bleef als kerk in gebruik en een voorstel,
dat in het midden van de 1 ge eeuw gedaan werd, om het
kerkgebouw tot marktgebouw in te richten werd niet aan
vaard. Al zijn van de oude kerk slechts het schip en het
dwarsschip overgebleven, zij is nog steeds een van de
bezienswaardigheden van de stad. In 1840 werd toevallig
een 15e eeuwsche schildering tegen den Zuidelijken toren
muur ontdekt; deze afbeelding geeft weer de Boom van
Jesse, een voorstelling van Jesse of Isai, den vader van
David, met zijn geslacht. In het midden van deze afbeel
ding is Maria met het kind Jezus op den arm voorgesteld.
Deze Boom van Jesse is een van de merkwaardigste
schilderstukken uit het Middeleeuwsche Utrecht.
58