geheim hun godsdienstoefeningen houden. Weldra wer
den deze bijeenkomsten oogluikend door de regeering
toegelatenin Utrecht kregen de Katholieken zelfs de
beschikking over twee woonhuizen bij den Mariahoek, die
zij verbouwden tot een primitieve kerk, een schuilkerk,
waarin zij in het verborgen geregeld bijeenkwamen. Ter
herinnering aan hun parochiekerk, de Geertekerk, die in
de macht der Calvinisten was gekomen, wijdden zij deze
nieuwe schuilkerk ook aan St. Geerten of St. Gertrudis.
Omstreeks 1700 kwam er onder de Katholieken een
scheuringvelen scheidden zich als Oud-Katholieken
van de Roomsch-Katholieke kerk af. Deze Oud-Katho
lieken bleven hun samenkomsten houden in de schuilkerk
van St. Gertrudisin de 18e eeuw kochten zij ook den
westelijken arm van de kruisgang (kloostergang) van
S. Marie, om hun dooden in de nabijheid van hun kerk
te begraven. Dit deel van de kruisgang bleef begraaf
plaats tot 1830, toen het kerkhof buiten de Tolsteegpoort
in gebruik werd genomen.
De Oud-Katholieken hielden in de vroegere schuilkerk
hun diensten, tot in 1914 hun nieuwe Gertrudiskerk aan
het Willemsplantsoen gereed kwamdeze nieuwe kerk
werd als herinnering aan de verdwenen Romaansche
Mariakerk in den Romaanschen stijl gebouwd. In 1933
werden boven den ingang van dit gebouw drie mozaïeken
aangebracht, waarvan de rechtsche St. Gertrudis met een
lelie in de rechterhand voorstelt. De schuilkerk werd in
1928 ingericht tot het Oud-Katholieke museum.
Van de oude Mariakerk was alleen de kruisgang ge
spaard gebleven en ook deze geraakte in vervaltien jaar
geleden werd zij echter hersteld. De zuidelijke en ooste
lijke arm zijn weer open, zoodat men hier door de kruis
gang kan loopenalleen de westelijke arm, die als be
graafplaats gebruikt was en die door het gebouw, dat
thans als Oud-Katholiek weeshuis dienst doet, overbouwd
De naam Oud-Katholieken dateert pas uit de vorige
eeuw; daarvoor werden zij Roomsch-Katholieken van de Oud-
Bisschoppelijke Clerezij, Oud-Roomschen of Jansenisten ge
noemd.
52