berekening noodeloos ingewikkeld te maken en
ze is niet ingewikkeld. De roede waar Borsele
mee aangelegd is, is de schouwsche, meet 3,726
meter en de basis van het plein is juist 24 roeden.
De lange zijde is daarnaar bepaald volgens de
verhouding van de „gulden snede" zoodat een
plein ontstaan is van ongeveer 89 bij 140 meter.
De Oost-Weststraat verdeelt het plein in een vier
kant achterplein, zoodat er voor het voorplein
weer de gulden snede overblijft. De singelstraten
eromheen verhouden zich als twee staat tot drie,
zoodat het systeem, waar Borsele op aangelegd
is, eenvoudig blijkt te zijn. Op twee elkaar lood
recht snijdende assen werden twee rechthoeken
gecomponeerd, die ten opzichte van de korte as
verschoven zijn en waarvan de grootte is vastge
steld, uitgaande van de vrij willekeurige maat van
vierentwintig roeden. Het is geen nieuws om dit
in onze steden of dorpen te constateeren, net zoo
min als het in 1620 iets nieuws was om een dorp
zoo aan te leggen. Toen was het al meer dan hon
derd jaar geleden dat in Italië de stedebouwers
gingen schrijven over hun ideale steden, die allen
werden gedacht op een strak geometrisch systeem,
zoodat de plattegrondteekeningen een regelmatige
figuur vertoonen. Het is het begin van een nieuwe
periode in den stedebouw. De openheid van de
rechte straten en de centrale pleinen met een ge-
De gulden snede is de verhouding van de midden-
evenredige, waar de kleinste de grootste de groot
ste de optelling.