lijnenspel van de takken, zooals het ook dwaalt
langs de gewelven van een gothische kathedraal
of langs de felle bewogenheid van barokplafonds
of de sterke plastiek van balkenzolders.
Voorloopig welft zich boven het plein alleen maar
de hemel, waardoor het zoo eindeloos en verlaten
schijnt. De randbebouwing, met de goten op nau
welijks vier meter hoogte, is te laag gebleven om
de bovenaf sluiting van de boomen te kunnen mis
sen. Maar dat is een tijdelijk aspect. Om onze
steden en dorpen te genieten hebben we ons al
vaak genoeg geoefend in het zien van de schoone
mogelijkheden door den oogenblikkelijken ver
schijningsvorm heen. Dat is geen vlucht in de fan
tasie, maar een noodzakelijkheid, geboren uit het
wisselend rythme van het leven. Straks als de boo
men groot zijn, is het plein weer gaaf, als dan
tenminste de bakkers- en kruidenierswinkels langs
het plein geen levensmiddelenbedrijven geworden
zijn, met even banale gebouwen als karakterlooze
neringen.
Wat zal er dan nog over het plein te vertellen
zijn? Iets over de kerk, die recht tegenover de
vaete staat en uit de laatste helft van de vorige
eeuw stamt? Laten we er niet te veel naar kijken,
al is ze niet eens zoo leelijk, met haar grappige
houten torenspits en eenvoudige vormgeving.
Eigenlijk had er een veel mooiere kerk kunnen
staan, zooals in Willemstad of Sint Philipsland,
maar toen ze gebouwd moest worden ontbraken
de noodige penningen en toen ze gebouwd is ont-
68