dwars door het dorp gaat. De andere zijn verbete ringen van dien weg, voor het autoverkeer, maar wie over autowegen raast heeft geen tijd om Kloe- tinge te bekijken. Daarom gaat de nieuwe hoofd weg van Goes naar Bergen op Zoom ook een flink eind buiten het dorp om. Daar zijn de wandelaar en het snelverkeer beiden mee gebaat en tusschen de kersenboomgaarden blijft het rustig, als de „keezenwachters" tenminste even zwijgen. Maar dat lawaai van blikken bussen en losse flodders hoort bij een rijpen boomgaard, waar de zon de vruchten zacht en glinsterend zwart stooft. Boven het wijkende perspectief van de beboomde wegen steekt de Kloetingsche toren zijn scheeve spits, met een enorme peer op het eind, in de diezige klaarte van den zeeuwschen hemel. Er hangt altijd water in de zeeuwsche luchten en dat geeft er een eigen atmosfeer, waarin het is alsof de ruimte tastbaar wordt. Natuurlijk is dat gezichtsbedrog, door den overvloed van plastische elementen, boomen, struiken en gebouwen, die in de ruimte staan. Het is een wondere weelde langs den weg naar Kloetinge te gaan, waar het werk van den mensch zoo schoon harmonieert met het grillige vormenspel van de natuur. Juist waar dat menschenwerk gaat domineeren staat nog een boerderij. Alle reclameborden ten spijt, die den gevel ontsieren, is het een grandioze entree voor het dorp. De vormen zijn anders, wat zwaarder en loomer, dan van de dorpshuizen, meer één met den grond waarop hij staat en de hooge voor- 60

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1944 | | pagina 67