27
sext en 9e een groote septime. Bij een volmaakt zuivere
klok moeten de prime en de slagtoon een volkomen één
klank vormen. Hieraan ontbreekt bij vele luidklokken nog
wel iets, bij andere weer ligt de prime niet juist een octaaf
boven den grondtoon, soms is het verschil zooveel, dat men
van een septime-klok spreekt. De secondaire slagtoon van
groote klokken ligt een undecime boven de prime en den
primairen slagtoon; zij is te vergelijken met de Mixtuur
der orgelregisters en verleent den klokkeklank bijzonderen
glans.
Bij kleine klokken treden weieens combinatietonen op, die
op verschillende toonhoogte onder den grondtoon kunnen
liggen.
Bij zeer enkele groote klokken (ook in ons land) is er een
nog diepere octaaf van den slagtoon aanwezig, de z.g.n.
rinkeltoon, zij treedt op als de slagring bijzonder dik is.
Tenslotte is er nog een ruimtetoon (bij Hemony-klokken)
Men kan haar constateeren, zonder dat de klok aangesla
gen is, alleen door resonantie van het straatrumoer of het
strijken van den wind langs den rand.
Onder de moderne klokken zijn er vele, die, ofschoon
zuiver afgestemd, te krachtige boventonen bezitten. Als
luidklokken hebben zij door het op den achtergrond tre
den van den grondtoon minder waarde, als beiaardklok-
ken zijn zij af te keuren, daar de sterke boventonen in
conflict komen met de grondtonen der hoogere klokken,
die de beiaardier soms in accoorden bespeelt.