gelijk aan de Friesche halsgevelschuur, maar de tas-
ruimte, die hier geboden wordt, is te klein voor den
omvangrijken oogst van deze bedrijven. Daarom is een
voudig naast de eerste schuur een tweede en eventueel
een derde geplaatst, die alle hun eigen kap behou
den. Zoo ontstonden de karakteristieke zaagdaken, die
wij ook even gewijzigd als het shed-dak in den moder
nen fabrieksbouw aantreffen. Daar werd zij indertijd
enthousiast begroet als een dernier cri, terwijl de Gro-
ningsche boer ze sedert eenige eeuwen toepaste. Toch
is deze bouwtrant niet bijzonder fraai geworden. Het
rijtje topgevels naast elkaar legt teveel den nadruk
op elk gebouw en leidt de aandacht af van het groote
geheel. Zeker houdt het daardoor iets aantrekkelijks
in zijn groote overzichtelijkheid.
De afmetingen van elk element zijn gemakkelijk te
herleiden uit bekende, van den mensch afgeleide
maten, zooals deuren en stoepen. Dat houdt deze ge
bouwen in een goede schaal, die den toeschouwer be
kend en vertrouwd is.
Om in dit vrij ingewikkelde gebouwencomplex nog
een woonhuis op te nemen is een moeilijke opgave
voor den architect. In Groningen heeft men niet lang
gepiekerd over dit probleem en de woning los op het
erf geplaatst. De geweldige rijkdom van het land deed
complete villa's verrijzen, met reeksen vertrekken. Wie
deze huizen, vooral uit den lateren tijd kent, zal be
grijpen dat ze hier onbesproken blijven.
De boerderijen zooals zij in hun verschillende vormen
in Groot-Friesland zijn gegroeid, zijn natuurlijk ook
daarbuiten bekend geworden. Vooral in het kustgebied
is de invloed merkbaar. Zelfs tot in Fransch Vlaan
deren zijn hier en daar boerderijen te ontdekken van
het halsgeveltype.
In den Brabantschen Westhoek en op de Zuidholland-
sche eilanden is een boerderijtype ontstaan, waarbij
34