waar ze in den boogtrommel van het venster der verdie
ping herplaatst is benevens de oude jaartalsteenen Anno
1619.
Van de verscheidene bijbelmotieven, met de Christus
figuur als middelpunt, welke in Amsterdam menigvul
dig voorkwamen, bewaren de Binnen Dommerstraat 11
en Binnen Brouwersstraat 22 de uitvoerigst bewerkte
tafereelen uit respectievelijk 1721 en 1741. Beide met
een gedetailleerde verbeelding van de wonderbare spij
ziging. Eerstgenoemde steen werd voor kort weer in
frissche kleuren geschilderd, evenals een aantal andere
steenen, door bemoeiing van den bond Heemschut. Met
rijk vergulde letters vormt de Wonderbare Spijziging
een versiering tevens van het oude huis, in welks hals
we ook een St. Janslam ontdekken (eveneens opnieuw
gekleurd), dat de bouwheer in 1721 misschien uit het
toen gesloopte perceel behield, of het vanwege een
ouden huisnaam tevens liet aanbrengen. „De Veyf Gar-
stebrooden' luidt het opschrift van dit bakkersuithang-
teeken en op den onderrand van deze sculpture ontwa
ren we bovendien een echt winkeliersrijm, zooals vroe
ger op de luifels paradeerde:
Naar gunst van mensen, moet men mee wensen
Maar aan Gods seegen ist al geleegen".
Het even groote relief in de Binnen Brouwersstraat 22
draagt het opschrift: D. V. Garstbroode Joannes 6 vs
8 en 9, aldus verwijzend naar den overeenkomstigen
tekst in het N.T. We zien, als op den vorigen steen,
Jezus temidden der in het gras zittende menigte, met den
discipel Andreas, het jongske met den broodkorf en de
twee visschen daarneven, getrouw aan het verhaal. In
de vorige eeuw had deze gevelsteen een ander opschrift
„Het gezegend brood", vermoedelijk geschilderd over de
nu weer zichtbare inscriptie. In Van Lennep en Ter
Gouws tijd had men vermoedelijk nog meer te klagen
41