beide regenten te Amsterdam moest wonen; in het hofje waren dan ook een Haagsche en een Amsterdamsche regen tenkamer. Het hofje vertoont aan de straat een gebouw van twee ver diepingen met een poort en gebeeldhouwd kuifstuk, waarin wapens en het jaartal 1756. Het onderscheidt zich in zoo verre van de meeste andere hofjes, dat het zoowel op de benedenverdieping als op de eerste verdieping woonver trekken heeft. Het is een hofje in étagebouw; alle boven- huisjes hebben eigen trappen naar de binnenplaats. Eenige jaren geleden is het grondig gerestaureerd en het maakt thans een zeer verzorgden indruk. Men zou verwachten, dat in de vermaarde brouwersstad Delft in den loop der jaren veel hofjes zouden zijn ver rezen, maar dit blijkt toch niet het geval te zijn geweest. Tegenwoordig zijn er nog maar drie, die uit architectonisch opzicht de moeite waard zijn om te vermelden; vroeger zijn er nog eenige geweest, maar een rijkdom aan hofjes, waar op Alkmaar of de overigens veel grootere stad Leiden kan bogen, heeft Delft nimmer bezeten. Van de thans overgebleven stichtingen is het Hofje van Gratie in de Van der Mastenstraat het oudste. Het heeft oorspronkelijk gestaan aan de Geer, waar in 1575 door Pieter Pieters zoon Sasbout, raad en burgemeester van Delft, zes huisjes tot een hofje bestemd waren. Toen in het jaar 1660 het grootste deel dezer huisjes ten offer moest vallen aan de uitbreiding van 's Lands Magazijn van Oor log, werd het hofje verplaatst naar de Van der Masten straat en nieuw gebouwd op een terrein, dat vrij gekomen was door het opruimen van ingestorte huisjes, welke door het in de lucht vliegen van het kruithuis in 1654 verwoest waren. Ter zelfder tijd werd het hofje toen met één woning uitgebreid tot zeven huisjes. Een versje op een steen in den gevel, omgeven door de wapens van eenige regenten, her innert aan de verbouwing in de volgende bewoordingen: 76

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 92