staat, is zeer schilderachtig; het is een waar rustoord voor
haar, die hier de laatste levensjaren mogen slijten.
Eertijds hing in het hofje het portret van den stichter,
geschilderd door Frans Hals. Het stelde hem voor als een
zwierige ruiter, in achtelooze houding zittend op een stoel
met een rijzweep in de hand, den vilten hoed achter op het
hoofd. Der Haarlemsche traditie getrouw (vide het Hofje
van Beresteyn) is ook deze Frans Hals door regenten ver
kocht, hetgeen geschiedde in den jare 1869! Het stuk be
rust thans in het Koninklijk Museum te Brussel. Een copie
was, in den tijd dat Craandijk zijn boekje over de Haar
lemsche hofjes schreef, te bezichtigen ten huize van den
toenmaligen regent van dit hofje.
Noordhollands derde stad mag zich ook thans nog ver
heugen in het bezit van een aantal hofjes, waarvan er ver
scheidene onze bijzondere aandacht waard zijn. Alkmaar
heeft in den loop der eeuwen niet minder dan 15 hofjes
binnen zijn muren geteld; tegenwoordig is dat aantal wel
iswaar verminderd, maar onder de overblijvende zijn er
enkele, die ware juweeltjes mogen worden genoemd.
De hofjes in deze stad staan veelal bekend onder den naam
van „provenhuizen", instellingen dus - gelijk ik reeds eer
der opmerkte waarvan de bewoners of bewoonsters ge
regeld proven (preuven of provenden) ontvangen. Daar
mede zijn bedoeld geregelde uitkeeringen in geld of in
natura, verbonden aan de een of andere stichting, waarbij
dan het vrij wonen ook als een zoodanige prove kan wor
den beschouwd.
Allereerst dan het Provenhuis van N ordingen, dat welis
waar niet de oudste stichting ter stede is, maar dat daarom
voorop gezet wordt, omdat het nauw verbonden is met het
vroegere middelpunt van het gewestelijk bestuur, te weten
met het Hof van Sonoy. Het complex gebouwen, dat tegen
woordig nog onder den naam van het Hof van Sonoy be
kend staat, is in 1482 tot stand gekomen; het hoofdge
bouw herbergde aanvankelijk het zoogenaamde Witte Ba-
49
Nederlandsche Hofjes 4