eenigszins kunnen medegenieten van het leven buiten haar
woningen. Hoewel er, als men het op den keper be
schouwt, niet veel te beleven valt in het Klein Heiligland.
Het tegenwoordige hofje bestaat uit een hoofdgebouw met
twee vleugels; in den gevel van het hoofdgebouw is boven
de deur een cartouche aangebracht, versierd met festoenen.
Weer daarboven, door pilasters geflankeerd, is een mar
meren steen aangebracht met het inschrift „Vrouwe en An-
tonie Gasthuis, 1787". Het geheel maakt een verzorgden
indruk; wie de regentenkamer wil bezoeken, waarin een
schoorsteenstuk en een-geploychromeerd houten beeldje,
voorstellende den Heiligen Antonius, vermeldenswaard
zijn, moet zich begeven naar de Groote Houtstraat om door
een weinig aanzienlijk gangetje den toegang tot het hofje
te vinden; van het Heilig Land uit is het niet te bereiken.
Buiten de stadskern ligt nog één hofje, dat ik niet zou
willen overslaan. Het is het Hofje van Heythuyzen aan den
Kleinen Houtweg. Dit hofje is een unicum; het ligt niet
in een of ander nauw straatje of steeg verborgen in de
binnenstad, maar ver van het gewoel te midden van het
opgaand hout en grenzend aan den Haarlemmer Hout
(afb. 11). Het ligt in twee gemeenten, nl. Haarlem en
Heemstede. Op een steen boven de voordeur staat te lezen
,,'t Hofken van Wilhelm van Heythuyzen, 1651".
De stichter was afkomstig uit het land van Weert in Lim
burg; van hem is bekend, dat hij in 1636 eenige woonhui
zen te Haarlem bezat en dat hij bovendien eigenaar was
van het huis Middenhout met tuin en boomgaard in den
Hout. In zijn testament had hij bepaald, dat, wanneer zijn
zuster Catharina zonder wettige nakomelingschap zou ko
men te overlijden, dit huis bestemd moest worden tot een
hofje voor arme mannen en vrouwen.
Van Heythuyzen overleed in 1650 en in 1651 kwam de
stichting tot stand. Het hofje bestaat, zooals we het nu ken
nen, uit een eenvoudigen bak- en bergsteenen voorbouw
en elf, om een binnenplein gebouwde huisjes. Het inwen
dige van dit hofje, op welks binnenplaats een zonnewijzer
48