Brienen". Oorspronkelijk bleef het persoonlijk eigendom
van den stichter en zijn erfgenamen, totdat Arnold Jan's
kleinzoon Arnold Willem bij acte van 31 Maart 1841 het
onder beheer stelde van regenten en een afzonderlijke
stichting in het leven riep.
Het hofje heeft aan de grachtzijde een muur, waarin een
bergsteenen portiek met het wapen Van Brienen en een
gedenksteen met inscriptie, betrekking hebbende op den
bouw (afb. 4). Een koepeltorentje bekroont het geheel.
Het inwendige vertoont een ruime binnenplaats, aan drie
zijden omgeven door huisjes, plaats biedende voor 60 per
sonen, zoowel mannelijke als vrouwelijke en allen van den
Roomsch-Katholieken godsdienst.
Niet ver van daar aan dezelfde zijde van de Prinsengracht
verrijst, te bereiken door een smalle gang, het Hofje De
Zon. Dit is een Doopsgezinde stichting. Oorspronkelijk had
de Doopsgezinde gemeente, die haar bijeenkomsten in de
kerk „De Zon" aan den Singel hield, een hofje aan de
Tuinstraat in de Jordaan. Nu was er nog een andere kerk
van de Doopsgezinden, nl. die van de zoogenaamde Frie-
sche Gemeente, die genoemd werd „De Arke Noachs" en
aan de Prinsengracht stond. In het begin van de 18de eeuw
werd deze kerk vereenigd met die van „De Zon" en toen
werd besloten om op het terrein van de kerk „De Arke
Noachs", een nieuw hofje te bouwen en de perceelen aan
de Tuinstraat te verkoopen. Aldus geschiedde in het jaar
1765. Aan deze gebeurtenis herinnert nog een steen boven
de trap, die vroeger in de „Arke Noachs" kerk geplaatst
was, in fraaie kleuren voorstellende de Ark, door de Zon
beschenen, met het jaartal MDCCLXV en vergezeld van de
volgende toepasselijke versregels:
t Geloof heeft hier Gods woord ontvouwd
De Liefde ons dit verblijf gebouwd
De Hoop blijve ons gedurig noopen
Om op der ziele Zon te zien,
Den tijd zorgvuldig uit te koopen
En dus tot de Ark des heils te vliën!
25