tal Protestanten. Sinds 1656 diende het oude kapel
letje alleen maar voor bergplaats van oud hout, om
pas in de 19de eeuw zijn vroegere bestemming te
herkrijgen.
De Katholieken hielden den eersten tijd na de in
voering der Hervorming in het geheim hun gods
dienstoefeningen. Sinds het einde van de 17de
eeuw gebruikten de Katholieken als kerk een boe
renhuis, dat gestaan heeft bij het tegenwoordige
Sint Vitusplein, ongeveer op de plaats waar nu de
Sint Willibrordusschool is. Door verbouwing in de
18de eeuw werd het inwendige van het kerkhuis
aanzienlijk verbeterd. Na 1800, toen de kerk bouw
vallig begon te worden en bovendien ook lang
zamerhand te klein werd, rijpte het plan een nieu
we kerk te bouwen. Door bijdragen van pastoor en
parochianen en met steun van Rijk en Provincie
kon in 1843 het plan worden uitgevoerd. De nieuwe
kerk met aangebouwde pastorie kwam evenwijdig
aan de Brinklaan, zuidelijk van de tegenwoordige
Sint Vituskerk. Het was een eenvoudig gebouw met
voor op het dak een torentje. De inwijding vond
plaats op 11 Juli 1844. De oude schuilkerk verkocht
men aan de Ned. Hervormde Gemeente, die er een
pastorie van maakte.
De Katholieken zullen weinig vermoed hebben dat
hun nieuwe kerk binnen de 40 jaren al weer te
klein zou zijn. Vooral na 1874 steeg het aantal
parochianen dusdanig, dat omstreeks 1880 alweer
aan een nieuwe kerk moest worden gedacht. De
bekende bouwmeester Dr. P. J. H. Cuypers kreeg
toen opdracht de plannen voor een kerkgebouw te
ontwerpen. Reeds op 22 Februari 1883 geschiedde
de aanbesteding van de nieuwe kerk, die 16 Juni
64