haven. Op 7 October 1854 kon de Huizer haven worden opengesteld. Amsterdam schijnt vroeger voor de Huizers een groote aantrekkingskracht te hebben gehad. Zoo was tegen het einde van de 18de eeuw gewoonte dat vele Huizer visschers hun vangst, voornamelijk bot, niet alleen in de dorpen rond de hoofdstad ver kochten, maar dat ze niet zelden ook hun mandjes met visch binnen de poorten van Amsterdam brach ten en hun waar zonder vergunning langs de huizen ventten. Hoewel meermalen hun koopwaar in be slag werd genomen, bleven ze toch met dien clan- destienen handel doorgaan. Ook verkochten de Huizers hun bot veel in Utrecht en in de dorpen langs de Vecht. Het vervoer ging dan van Huizen per hondenkar. Die honden hadden dus met recht een hondenleven. Gelukkig behoort in Huizen de hondenkar sinds een tiental jaren tot het verleden. Als nevenbedrijf van de visscherij ontstonden in de eerste helft van de 18de eeuw de bokkingrookerijen. Vooral weer in Amsterdam werd de bokking onder den naam van Harderwijker bokking op het Ko ningsplein ter markt gebracht. Sinds de laatste tien jaren ontwikkelt zich te Hui zen een nieuw bedrijf, namelijk de zijdeteelt. De meening is wel eens geuit, dat de Huizers van Frieschen oorsprong zijn. Nu zijn de Huizers in het algemeen van andere geaardheid en ook van eenigs- zins rijziger en krachtiger gestalte dan de andere Gooiers. Volgens de beschrijvingen was men het er in den ouden tijd over eens dat in Huizen ruime en zindelijke woningen te vinden waren, hetgeen niet altijd van die der overige Gooische dorpen kon ge zegd worden. Daar de Friezen over het geheel be- 50

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 63