HOOFDSTUK III
DE LANDBOUWDORPEK LAREN
EN B LAR1CU M
In plaats van landbouwdorpen zouden we Laren en
Blaricum ook schildersdorpen kunnen noemen, want
de vele kunstschilders, die zich daar sinds ongeveer
de laatste zestig jaar vestigden, hebben de dorpen
een apart karakter gegeven. Er heerscht in beide
dorpen altijd een bohémien-achtige ongedwongen
heid, iets wat wij in de andere Gooische dorpen mis
sen. Het is wel jammer dat er heel wat van de oude,
pittoreske schoonheid opgeofferd is aan modern
verkeer en bebouwing. Maar desondanks gelden
Laren en Blaricum altijd nog als de meest schilder
achtige dorpen van het Gooi.
Die schilderachtigheid is voor een belangrijk deel
te danken aan het landbouwbedrijf, dat van de
oudste tijden af het hoofdmiddel van bestaan in
Laren en Blaricum heeft uitgemaakt. Immers om
maar bij de eng te beginnen, dat complex van
glooiende akkers rondom de dorpen met een ach
tergrond van bosch en heide biedt op alle tijden een
ruime keus aan onderwerpen voor teekening of
schilderij. En dan de bedrijvigheid op de akkers,
het ploegen, zaaien en oogsten. In de dorpen de hier
en daar verspreid liggende boerderijen met hun rie
ten daken, die vaak van een schoone bouwvallig
heid zijn. Verder het nijvere leven in en om de boer
derijen. Waarlijk, een beeldend kunstenaar kan in
Laren of Blaricum een rijk arbeidsveld vinden.
33
Dc Gooische Dorpen 3