HOOFDSTUK VI
HET VERVAARDIGEN VAN
SLOTEN EN SLEUTELS
Toi beter begrip zullen wij nu iets laten volgen
over het maken van de sleutels en sloten.
Wanneer men een slot op de juiste wijze wil ver
vaardigen, begint men met den sleutel te maken.
Het voornaamste deel van den sleutel is de sleu-
telbaard, daar hiermede de opening en sluiting
van het slotmechanisme wordt bewerkt. Hoe sa-
mengestelder de sleutelbaard is, en hoe zuiver
der de sleutel om de as draait, hoe veiliger het
slot is te maken. Wij zullen eerst het meest be
kende type behandelen, waarbij de werking wordt
verkregen door het omdraaien van den sleutel.
Elk slot heeft één, soms meer schoten. Door het
omdraaien van den sleutel wordt de slotschoot in
of uit de slotkast geschoven. Bij de oudere typen
werden dikwijls twee of meer wentelingen van den
sleutel toegepast, om den schoot volkomen in- of
uit te schuiven, en zelfs heden zijn in de zuide
lijke landen van Europa nog algemeen sloten in
gebruik, waarvan de sleutel zes of acht slagen moet
maken, om de sluiting volkomen te doen zijn.
Bij moderne sloten heeft dit, zooals wij later zul-
55
