23 mogen tenslotte nog vermeld worden, het Oud-Privilegie van 1413 en het Nieuw-Privilegie van 1428, die in zekeren zin een aanvulling zijn op de Oude Caerte van 1284 en het Statutenboek van 1380. Bij het privilege van 1413 werd o.a. bepaald, dat de twee schouten en de schepenen door de beide souvereinen uit de burgers zouden worden gekozen, het aantal ambachten 13 zou bedragen en deze de vrije keuze hadden van burgemeesters en gezworenen. Het privilege van 1428 heeft echter den invloed der bur gerij op de verkiezing der leden van het stadsbestuur aan merkelijk verkleind. Als zoodanig is dit privilege een kleine pendant van de ordonantie van 1580, toen door Parma na de inname der stad in 1579 aan de burgers alle inmenging in de keuze van haar bestuurders werd ontno men, doordat deze keuze geheel werd opgedragen aan de commissarissen-deciseurs, die toen de vertegenwoordigers der beide souvereinen werden. Doch hiermee komen wij aan een nieuwe periode. 4. De Nieuwe en moderne tijd. Nadat, zooals uit de Vaderlandsche geschiedenis bekend is, de Brabantsche erflanden onder den scepter van Philips den Goede met de overige Nederlandsche gewesten veree- nigd waren en nadat door het huwelijk van Maria van Bourgondië met Maximiliaan van Oostenrijk deze landen via het Bourgondische huis onder het Oostenrijksche wa ren gekomen, was het tenslotte voor alles de belangrijke figuur van keizer Karei V uit het laatstgenoemd huis, die bij den ingang van den nieuwen tijd aan de geschiedenis van deze lage landen richting zou geven en op hun latere lotswisselingen van beslissenden invloed zou zijn. Zoo doende zou ook een stad als Maastricht uit haar middel- eeuwsch-feodaal politiek isolement en uit haar stedelijke autarchie getrokken worden in de belangensfeer der West- Europeesche staatkunde. Als zoodanig heeft Maastricht in het lot der overige Ne derlanden gedeeld en als vesting „1'une des plus fortes

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 26