rijke vesting maken en in economisch opzicht reeds zeer
vroeg een bloeiende en actieve handelsplaats.
De tweede factor bestond hierin, dat de stad door een
samenloop van omstandigheden, vrij centraal zou komen
te liggen in het gebied, dat door de bewindhebbers van den
nieuwen tijd, de Merovingers en Karolingers bij uitstek als
woon- en regeergebied zou worden gekozen. Zoodoende
steeg deze stad reeds spoedig, inzonderheid bij de Karo
lingers in macht en aanzien, vooral door de nauwe betrek
kingen, die deze onderhielden met het stift, later het
kapittel van St. Servaas.
De derde factor ontleende zijn beteekenis aan het feit, dat
Maastricht reeds in den Romeinschen tijd door de komst
van St. Servaas tot bisschopsstad was uitverkozen en daar
door in de Katholieke Middeleeuwen een bijzondere plaats
zou bekleeden.
Deze drie factoren samen hebben van Maastricht als oudste
stad van Nederland ook reeds zeer vroeg een belangrijke
plaats in economisch, militair en cultureel opzicht ge
maakt.
Van de belangrijkheid der stad of, zoo men liever wil,
van de nauwe betrekkingen tusschen de stad en de Fran
kische koningen in den Merovingischen tijd getuigen de
talrijke in Maastricht geslagen munten, die ook in het
Noorden invloed hebben uitgeoefend en er op wijzen, dat
er een belangrijk munthuis is geweest, met filialen o.a. te
Dinant en te Hoei, en misschien zelfs een kunstschool voor
muntmeesters. Bovendien wijzen daarop de in de vorige
eeuw gedane vondsten van een Merovingische palts, in het
begin der 6e eeuw aan het Vrijthof gebouwd, waar Childe-
bert I (552) en Childebert II groote rechtsdagen gehouden
hebben, waar omstreeks 620 Dagobert het diploom uit
vaardigde voor de stichting van het Wittevrouwenklooster,
het oudste der stad en Childerik II de stichting van de
abdijen van Stavelot en Malmedy goedkeurde.
In den Karolingischen tijd werden door Karei den Groote
en zijn opvolgers nauwe betrekkingen met de stad en met
het kapittel van St. Servaas onderhouden. Karei Martel en
16