131 Hoofdstuk II. Prof. Dr F. L. Ganshof komt in zijn onlangs verschenen werk Over Stadsontwikkeling tusschen Loire en Rijn gedurende de Mid deleeuwen (Verhandelingen Kon. VI. Acad. v. Wet., Afd. Lett. en Schoone Kunsten. Antwerpen, 1941), op blz. 12 tot de conclusie, dat de oppervlakte van het Romeinsche castrum in Maastricht slechts 2 H.A. zou hebben bedragen. Hij gaat hierbij uit van de gegevens door DrW. Goossens medegedeeld in de 1ste afl. der Monu menten in de gemeente Maastricht. Deze laatste echter publiceerde de resultaten der opgravingen tot 1926, het jaar waarin de bedoelde afl. verscheen. Op grond van de vooral na diens dood gedane vondsten (zie o.a. het bovengenoemd artikel van Dr W. Vermeulen) meenen wij de totale oppervlakte van de Romeinsche nederzetting te Maastricht op minstens 15-20 H.A. te kunnen schatten, daar de door ons berekende afmetingen ongeveer 300 M. X700 M. hebben bedragen (zie: afb. 1). Het meest recente artikel over de Romeinsche heirwegen is dat van Mr H. Hardenberg, Het Limburgsche gedeelte van de Romein sche heirbaan Keulen-Tongeren, in De Maasgouw, jrg. 1942, blz. 1-6, 23-29. Voor de „ordonnanties" betreffende het stadsbeeld, zie men o.a. de verschillende uitgaven van deRecueil der Recessen wegens de beyde genaedige Heeren ende P r i n c e n. (Maestricht, 1719.) Hoofdstuk 111 —V. Voor deze hfdst. zij verwezen naar de reeds genoemde 4 afl. van de Monumenten in de gemeente Maastricht. Gaarne betuigen wij hier onzen dank aan Jhr. Dr E. van Nispen tot Sevenaer, die zoo welwillend was om ons - behalve eenige andere aanwijzingen - een gedeelte van het manuscript ter inzage en raadpleging te geven van de binnenkort te verschijnen 5de afl. der Monumenten, welke handelt over de Burgerhuizen. Voor de monumenten, in algemeen verband, moge verwezen worden naar het door ons geraadpleegde groote werk van: F. A. J. Vermeulen, Handboek tot de geschiedenis der Neder- landsche bouwkunst ('s-Gravenhage, 1928-1941). 3 dln. tekst en 3 dln. platen, waaruit enkele citaten werden aangehaald. Verder is nog van belang Dr H. B r u g m a n s en C. H. Peters, Oud-Nederlandsche steden en haar ontstaan, groei en ontwikkeling. (Leiden, z.j.) 3 dln.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 158