de eentonigheid van het materiaal probeeren te breken
door aan het gevelvlak meer reliëf te geven. Daarvoor
kwamen de omlijstingen der vensters het eerst in aanmer
king en werd aan de steenen blokken om de vensters en
deuren eenigen voorsprong gegeven. Langzamerhand wordt
deze wijze om reliëf te verkrijgen regel en vindt men in
de 18e eeuw de vooruitspringende omlijstingen ook bij
andere gevels.
Vervolgens is er nog een type woonhuisgevel, dat onder
invloed van de Hollandsche Barok is ontstaan. De Hol-
landsche of Noord-Nederlandsche Barok heeft namelijk op
het gebied van den woonhuisbouw langzamerhand zoo'n
expansieve kracht ontplooid, dat haar invloed spoedig in
alle andere Nederlandsche gewesten merkbaar was.
Dat dit te Maastricht ook het geval is, is des te minder
verwonderlijk, daar deze stad, nadat Frederik Hendrik
haar in 1632 had ingenomen, een Hollandsch bouwmees
ter als Pieter Post leerde kennen, die met den bouw van
het stadhuis ongetwijfeld zijn eigen en Hollands reputatie
vestigde op bouwkunstig gebied.
Het zoo juist bedoelde woonhuistype vormen de huizen
met pilastergevels.Van deze gevels, die onder invloed van
de Hollandsche pilasterarchitectuur zijn ontstaan, zijn er
in Maastricht overigens slechts weinig te vinden. De pilas
ters kunnen zijn van de kleine orde, waarbij op iedere ver
dieping afzonderlijke pilasters zijn aangebracht, of pilas
ters van de z.g. kolossale orde, die door alle verdiepingen
heengaan.
Tenslotte komt bij uitzondering in Maastricht ook nog de
typische halsgevel voor, die naar den bekenden Holland-
schen architect Vingboons, de Vingboons-halsgevel ge
noemd wordt. Dit soort gevel is ontstaan uit den geleden
topgevel met klauwstukken, welke vervangen werden door
een tegen de trapflanken van den geveltop omhoog loo-
pende lijst, met zooals in het Maastrichtsche voorbeeld
in den top een rondbogig venster tusschen pilasters en
ingezwenkte vleugelstukken.
Van deze verschillende typen van woonhuisgevels, komen
119