universiteyt boven geheel afgebrant en van binnen
de leesplaetsen seer bedorven en geschent, 't welk
men hout gecomen te wesen, omdat het vier 't welck
opte Senaets-Camer geleghen hadde niet wel bewaert
geweest was".
De universiteit werd tijdelijk ondergebracht in het
Prinsenlogement en men toog met spoed aan het
werk om de academie te herstellen. In Juni waren
de werken met steun van de Ho. Mo. Staten van
Holland en West Friesland gereed. Uit dezen tijd dag-
teekent de merkwaardige aula, die zoo vaak getuige
zou zijn van groote academische plechtigheden.
Voor de stad Leiden is de Universiteit altijd een
kostbaar bezit geweest. Leiden heeft haar wereldver
maardheid niet het minst te danken aan dit centrum
van wetenschap en cultuur.
De Senaatskamer wordt door de portretten van de
meest vermaarde geleerden uit alle tijden gesierd.
Al is de universiteit in den loop der jaren enorm uit
gebreid met verschillende gebouwen, die over de stad
verdeeld zijn, haar middelpunt ligt nog steeds in het
academiegebouw aan het Rapenburg. Hier slaat het
hart van het universitaire leven.
Zooals we reeds op het schilderij in het Rijksmuseum
de promotiestoet voor het thans helaas verdwenen
Academiepoortje zien afgebeeld, zoo beginnen ook
thans nog hier de gepromoveerden in de statige rij
tuigen met de gepluimde paarden hun rondrit door
de stad. Van hieruit ging de deftige stoet van profes
soren met hun „tabbaards" aan voorafgegaan door
den pedel op den Dies natalis naar de Pieterskerk.
Op de wanden van het befaamde „zweetkamertje"
staan honderden namen gegrift van de studenten,
die in dit gebouw de kroon op hun studie hebben
bevochten. Op de gepleisterde muren van de acade
mietrap staat in sprekende tafereelen het lief en leed
uit het studentenleven afgebeeld.
70