53 DERDE HOOFDSTUK DE DELFT SCH E PLATEEL- BAKKERIJ EN EN PLATEELBAKKERS Is het wonder dat voor de liefhebbers van ceramiek Delft met Delftsch aardewerk en Delftsche plateelbak kerijen vrij wel synoniem is? Wij zouden, verdiept in het bedrijf, haast vergeten dat wij de namen van onze plateelbakkers in de lijsten van het Sint Lucasgilde naast die van Johannes Vermeer en Pieter de Hoogh en zoovele andere schilders aantreffen en dat de voorman nen van de plateelbakkers naast Vermeer en anderen als hoofdlieden van het gilde hun plaats innamen. Wij geven er ons rekenschap van hoe plateelbakkerij aan plateelbakkerij grensde en zien hoe ten zuiden van het „Marktveld" of de Markt straat na straat de herinne ring aan een der vele plateelbakkerijen oproept. Het is misschien wat te sterk om van de halve stad te spreken, maar men kan toch wel haast zeggen dat een plateel- bakkerswijk zich uitstrekte van de Oude Delft bij de Geer via Gasthuislaan en Molslaan tot de Langendijk. Het is in deze zuidelijke helft van de stad dat de meeste plateelbakkerijen te vinden waren, terwijl de aardewas- scherijen afzonderlijk aan den buitenrand aan de Schie lagen. Een punt van uitgang voor de fabricatie van wat wij Delftsch aardewerk plegen te noemen, hebben wij niet. Geleidelijk is de overgang wel niet geweest. Vrij zeker echter zullen het de „geleyerspotbackers" of glei- bakkers zijn geweest, die op de gedachte zijn gekomen hun product naar voorbeeld van het van verre landen ingevoerde te gaan verbeteren. Het was in den begin ne het blauw op witte Chineesche porselein dat hen boeide. Zij konden echter de fijne kaolienaarde, die ginds zoo overvloedig voorhanden was, dat de Chinee- zen en Japanners van zelf porselein moesten maken,

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 58