17de als in de 18de eeuw wien het er om te doen was
Chineesch en later ook ander porselein zoo nauwkeurig
mogelijk na te bootsen, hetgeen dan ook wonderwel
gelukte. Anderen, en ook dezelfden brachten afwisse
ling door hun keuze van kleuren, hun voorkeur voor
een bepaald palet, dat soms fleurig en kras, dan weer
zacht of fijn genuanceerd was; sommigen door de om
werking der motieven. Weer anderen en ook weer de
zelfden beschilderden voorwerpen zoowel als tegels
met Hollandsche landschappen of andere voorstellin
gen, vaak heel fijn, maar feitelijk is dit een niet heel
decoratieve wijze van versieren. Zij voerden die tafe-
reelen meest alle nauwkeurig en ook wel vrij naar
prenten uit. En hun keuze hing daarbij misschien vaak
van het toeval af. Maar het feit, dat bij voorbeeld een
Hollandsche prent of een Chineesch voorbeeld werd
gekozen, het feit dat het voorwerp met de Hollandsche
prent op Chineesche wijze in blauw tegen wit werd uit
gevoerd, was toch niet afhankelijk van het toeval. En
zoodra er van een eigen palet sprake is, is de smaak
van den plateelschilder reeds van beteekenis. Opmer
king verdient daarbij dat van het Chineesche porselein
zoowel dat uit eigen als uit vroeger tijd als voorbeeld
dienst deed, en dat, zooals wij boven reeds opmerkten,
wel prenten van soms meer dan 100 jaar oud, op het
aardewerk werden geschilderd. Van meer gewicht nog
was de smaak van den plateelschilder, wanneer hij zelf
ging ontwerpen, al zijn die eigen ontwerpen, hoe deco
ratief ook, vaak wat grof. Belangrijk zijn dergelijke
stukken, omdat de versiering origineel is. Maar en
dit is typeerend voor de Delftsche plateelbakkerskunst
de meest verzorgde stukken zijn, met enkele uitzonde
ringen als bij voorbeeld de fijn geschilderde land
schapjes, de omwerkingen van Chineesche bloemmotie
ven, de schotels en vazen met min of meer Chineesche
bloemtakken. Het eigenaardige karakter van het oude
„Delftsch" komt hierbij duidelijk uit. Wij zien de pla
teelbakkers en schilders, steeds in bewondering voor
109