sea in Leeuwarden kan men er voorbeelden van zien1).
Daarentegen zijn enkele stukken die ons van Arn-
hemsch aardewerk bekend zijn, van zoo fijne kwaliteit,
dat zij uiterlijk porselein zeer nabij komen2). De fa
briek, opgericht door Johan van Kerckhoff in 1755,
heeft echter niet lang bestaan. Zijn uithangbord van
aardewerk, beschilderd in blauw, stelt een tafereeltje
naar Lancret voor met een gezicht op de gebouwen van
de plateelbakkerij op den achtergrond, en het merk, een
haan, boven een lint met het opschrift „Arnhemse Fa-
brique"8). Niet mooi geschilderd, is het tafereel toch
van beteekenis voor het identificeeren van Arnhemsch
aardewerk4).
Bij de bezichtiging van een mooie verzameling
„Delftsch" treft het ons, dat er iets wonderlijk tegen
strijdigs is, dat zich telkens weer aan ons opdringt als
bij geen ander product van goede aardewerkkunst.
Want, wanneer wij genieten van het fijne blauw tegen
wit en van het mooie palet van het veelkleurige aarde
werk, komt op eenmaal de gedachte bij ons op, dat hier
toch eigenlijk meestal slechts bedoeld was iets anders
en wel porselein na te maken. Maar zien wij nader toe.
Daar waren onder de plateelschilders zoowel in de
D Hudig beeldt in zijn Delfter Fayence een paar voorbeelden
af, afb. 277 en 278.
2) Zie Old Dutch Pottery and Tiles pl. LXIX fig. 112. Ook
in het Rijksmuseum te Amsterdam, het Gemeente Museum in
Arnhem en in de collectie Evenepoel in de Musées du Cinquan-
tenaire te Brussel bevinden zich enkele voorbeelden van Arn
hemsch aardewerk. Zie voorts F. W. Hudig, Arnhemsch Aarde
werk, Oud-Holland 1937 blz. 1 e.v., waar de schrijver betoogt, dat
niet alle aardewerk geteekend met een haantje Arnhemsch
werk is.
8) In de collectie Evenepoel bovengenoemd, afgebeeld bij
Hudig, Delfter Fayence afb. 274.
4) In 1781 is in Schiedam een plateelbakkerij opgericht, die
slechts kort heeft bestaan. Een bak gesigneerd Schiedam A. Klos,
geeft Hudig in zijn Delfter Fayence, afb. 276. Ook in Schiedam
bevinden zich eenige stukken in het Stedelijk Museum.
108