Deze richtten het oog naar Noord-Duitschland, waar organisten als Liibeck en Buxtehude, en orgelbouwers als Arp Schnitger door hun gedurfde en rijke kunst de aandacht tot zich trokken. Lutherschen en organisten als Havingha te Groningen (later Alkmaar) bevor derden een Duitsche penetratie. Deze begon in de Noor delijke provinciën, waar de grootste orgelbouwer van de Barok, Arp Schnitger uit Hamburg, in 1692 het orgel in de Groote kerk te Groningen restaureerde en met de typisch-Duitsche 32-voets bas-torens voorzag; ook bouwde deze o.m. orgels in Groningen A-kerk, Uit huizen, Ferwerd en Sneek2), terwijl zijn zonen in 1721 Nederlands (tot 1845) grootste orgel maakten in Zwolle,3) en in 1725 het Alkmaarsche instrument ver grootten naar den nieuwen smaak, hetgeen een onver kwikkelijke polemiek tengevolge had. Uit Schnitgers school kwamen voort A. A. Hinsch (waarover later), Chr. Muller (bouwer o.a. van het orgel in de Groote kerk te Leeuwarden (17274) en in die te Haarlem5) (1738), dat zich terecht in een grooten roem heeft mo gen verheugen, al is die wel eens wat overdreven t.o.v. andere Nederlandsche oude orgels, en al hebben Witte en Maarschalkerweerd den klank geromantiseerd), Rud. Garrels (die o.m. de orgels maakte te Maassluis (1732) en Purmerend (1742)) en Chr. Vatter (bouwer van het Oudekerksorgel te Amsterdam in 1726, dat mooi ge conserveerd bleef). Verder vervaardigde de Hugenoot 62 1) Ook de organist Van Blanckenburgh te 's Gravenhage trad in dien tijd op den voorgrond. 2) In 1897 treurig gemoderniseerd en verkleind. 3) Ook dit orgel is ernstig verminkt in de laatste honderd jaar, doch zal weer in den Barokstijl worden hersteld. 4) Ook dit orgel werd onherkenbaar gewijzigd. B) De orgelvirtuoos Abt Vogler, naar zijn oordeel gevraagd over de orgels te Haarlem en Gouda, uitte zich aldus: „Monsieur! je les compare avec deux femmes, bien différentes; 1'une (H.) c'est une femme belle, superbe, mais fiére, dure, capricieuse, 1'autre (G.) est douce, aimable, traitable, en un mot, c'est ma maitresse." Een galant en niet onjuist oordeel.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 80