Over het kerkelijke gebruik van het orgel is dan ook in het begin der 17de eeuw een ware strijd gestreden, waarover in velerlei litteratuur min of meer populair en uitvoerig is geschreven, en waarvan ik dan ook slechts het zakelijke verloop beknopt wil releveeren, temeer daar deze strijd voor de ontwikkeling van het orgel als zoodanig zonder belang is geweest. x) In dien tijd begon men al meer de behoefte te gevoelen om zang en orgel te combineeren, eerst solistisch, naar men zei tot verbetering en versiering van het orgel. In 1634 hield echter de theoloog Voetius zijn inwij dingsdisputatie als hoogleeraar te Utrecht „Over de orgelmuziek als geen deel of toevoegsel uitmakend van den openbaren eeredienst", en richtte zich daarin tegen het orgelspel vóór en na de godsdienstoefening. Hierop volgde antwoord en repliek. Zeer laconiek draagt daar naast in 1636 de stedelijke overheid te Leiden met goedvinden van de kerkelijke aan de organisten op, den gemeentezang met het orgel te begeleiden.2) Even zoo gaat het te Utrecht, en in 1638 te Dordrecht en Maastricht. En in hetzelfde jaar noemt de Zuidhol- landsche Synode te Delft deze orgelbegeleiding een on verschillige zaak, die aan de vrijheid der afzonderlijke kerken zij overgelaten. Intusschen had de oppositie de stem verheven. In 1640 willen Middelburgsche predikanten zelfs op dit orgel- gebruik terugkomen. Toen oordeelde de groote Constan- tijn Huigens, die in dat jaar die orgelbegeleiding in 54 1Van deze litteratuur worden hier vermeld: Prof. Dr N. C. Kist, Het kerkelijke orgelgebruik, bijzonder in Nederland (1840, her druk 1938), E. G. J. Gregoir, Historique de la facture et des fac teurs d'orgue (1865), Dr G. D. J. Schotel, De openbare eeredienst der Ned. Herv. Kerk in de 16e, 17e en 18e eeuw (1870), Jan Zwart, Van een deftig orgel (1933), B. v. d. Sigtenhorst Meyer, Jan P. Sweelinck en zijn instrumentale muziek (1934), D. J. Bal- foort, Het muziekleven in Ned. in de 17de en 18de eeuw (1938). 2) In verband daarmee werd het orgel der Hooglandsche kerk aldaar in 1637 en dat in de Groote kerk in 1639 vernieuwd.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 66