maar de Renaissancistische uitbeeldingswij ze verving de Gothische torentjes door koepeltjes en obelisken, luchtbogen door arcaden, wimbergen door frontons, pijlertjes door pilasters, hermen of karyatiden. Dui delijk is dit alles reeds te zien aan de hoofdorgelkast van het orgel te Wijk bij Duurstede, die uit de 2de helft der 16de eeuw dateert. Als na 1600 de naturalistische belangstelling voor de bloem in de mode komt, ziet men in de frontdecoratie de festoenen en tuilen met veelsoortige bloemen verschijnen. En met de toene mende bewustwording komen er wapens op de orgel kasten. De houtsoort, eiken, voegt hierbij zijn eigen kleur en levendigheid; voor het deftiger notenhout hebben de Hollanders nooit veel gevoeld. Ook komt de trek tot het fantastische uit in de Spielereien, die men, zij het spaarzaam, onder de nevenregisters opnam, en waarvan de trommel en de nachtegaal het meest voor kwamen. Maar tenslotte bleven onze orgelkasten bewaard voor een overwoekering door een, tenslotte geïmporteerde, ornamentiek. De grootere vlakken bleven domineeren, en er kwam, evenals in de muziek, meer geleding, orde ning en relief in. Overhoeksche torens gaan de platte velden der Gothiek aangenaam onderbreken. Vaak wor den de uiterste zijvelden in een kwartcirkel naar de zij panden gebogen. De frontpijpen behouden hun spitse hoven- en segmentvormige onder-labiums, de eerste soms nog in vlamtongdecoratie als eenig pijp-orna- ment. Het registermateriaal levert, na de ver gaande diffe rentiatie tot 1550, niet veel nieuws op. Wel is een dui delijk streven merkbaar om ook hier in de menigvul digheid ordening en geleding aan te brengen. Steeds meer worden de registers in groepen tegenover elkan der gesteld, zoowel in de verschillende „werken" als daarbinnen, en daarin vertoonen deze disposities een frappante overeenkomst met de structuur der orgel- 49 Orgels In Nederland 4

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 59