4' (1625 i.p.v. een Kromhoorn), Octaaf 2', Schivelet 1' (^Nachthoorn), Sexquialter (disc., 2 sterk 22/3,1939). Manuaal II (Hoofdwerk): Doeff 8' Praestant), Holfluijte 8' Roerfluit), Coppeldoeff 4' Oc taaf), Baertfluijte 4' Baarpijp; misschien uit een nog ouder orgel overgenomen), Gemsenhoern 2' Nachthoorn), Micxtuijre (2—3—4 sterk 2'; Mix tuur), Scerp (3—4 sterk 1'; Scherp), Trompet 8'. Pedaal: Trompet 8'. Verder nog een Wintloosingh en een trede, die de manualen koppelt. Manualen van F. G. A. tot g2. a2; aangehangen pedaal van F. G. A. tot bes (klavier tot c1). De registers van borstwerk en Doeff zijn zijwaarts-bewegende schuifregisters. Van de overige loopen de trekarmen door ijzeren schildjes. In de voorkanten der manuaalondertoetsen zijn accolade- boogjes weggestoken. De sleepladen van het hoofdwerk hebben merkwaardigerwijze ingeboorde cancellen en pijpstokken van ruim 5 cm dik. In 1939 is het instrument na langdurig zwijgen weer gerestaureerd en in functie gesteld. De onderbouw van dit orgel vertoont gelijkenis met dien van het KOORORGEL der NIEUWE KERK in AMSTERDAM uit omstreeks 1560, omstreeks 1650 ten deele vernieuwd. Helaas zijn uit dit kleinood in de vorige eeuw balgen en binnenpijpwerk weggenomen (het had 19 stemmen). Dit orgel heeft een zeer merkwaardige klaviatuur, niet alleen vanwege het feit, dat alle regis tertrekkers aan den rechterkant zijn aangebracht1), maar vooral wegens de omstreeks 1650 aangebrachte subsemitoetsen. De manualen van E tot c3 en het pedaal van E tot d1. e1 hebben nl. korte toetsen voor Fis en Gis, en daarachter hoogere korte toetsen, niet voor Ges en As, maar voor C en D. De manuaalondertoetsen en U Een zeldzaam voorbeeld van een a-symmetrische speeltafel, èn een bewijs van de vaardigheid van de linkerhand der orga nisten. Ook het orgel in Wijk bij Duurstede had dezen aanleg tot 1907, en het kleine orgel der Oude kerk te Amsterdam tot 1823. 39

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 46