algeheele verdwijning dezer volkskunst kan dan verklaard worden, hetzij uit een groei end gebrek aan belangstelling in den loop der jaren van de zijde der bedevaartgangers, hetzij uit het inzicht, dat de verkoop van de gebruikelijke „herinneringen" veel minder moeite vereischte en meer opbracht. Niemand in het dorp heeft mij over het ont staan en het verdwijnen van het strooschil- deren kunnen inlichten, toen ik in 1928 72 'C'ÏTer O EZ*5 De Bredasche koopman Joannes de Wijsse, stichter van het klooster, naar een beeldhouwwerk aldaar.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 87