Als vele volkskunstenaars is hij een man, die
in meer ambachten thuis is, omdat zijn han
den goed staan. De kast, die zijn verzame
ling bevat hij heeft nog nooit een van zijn
werkstukken verkocht heeft hij zelf ge
maakt, evenals een vogelkooi naar het mo
del van de waterpoort van Sneek. Vroeger,
toen hij scherper zag, sneed hij uit been klei
ne gebruiksvoorwerpen, die geduld, kunst
zin en een vaste hand verraden, omdat zij
zich niet enkel tot het voorwerp bepalen,
maar dit tevens versieren met voorstellingen,
die Weima daarenboven nog uitvoerig in het
friesch berijmde.
Het toeval heeft hem, naar hij zegt, tot het
werken in turf gebracht. Eens hakte hij een
stuk turf los, en dacht daarbij: ,,der koest
nou krekt 'n hounje utsnije" en dat deed hij.
Toen hij bemerkte dat die kunst hem eigen
was geworden, gaf hij de gestalten uit het
Boek weer, dat de achtergrond van zijn leven
en van zijn werk is.
11