LITERATUUROPGAVE
Behalve de in den tekst genoemde boeken en
artikelen werden de volgende werken ge
raadpleegd.
II. Driekoningenkaarsjes:
G. D. J. Schotel, Geschied-, letter- en oud
heidkundige uitspanningen. Utrecht 1840, bl.
164—165.
Jan ter Gouw, De Volksvermaken, Haarlem
1871, bl. 177.
V. Tatoueeringen:
Paul Cattani, Das Tatauieren, Basel 1922.
Erhard Riecke, Das Tatauierungswesen im
heutigen Europa, Jena 1925.
Adolf Spamer, Die Tatowierung in den deut-
schen Hafenstadten, Bremen 1934.
Otto Laufer, Über die Geschichte und den
heutigen volkstümlichen Brauch der Tatow
ierung in Deutschland. (Wörter und Sa-
chen), Heidelberg 1914, IX, s. 144.
Herbert Bellman, Die Tatauierung, (Hand-
buch der deutschen Volkskunde), Potsdam,
III, s. 57-65.
Het politiearchief te Amsterdam bezit geen
foto's van getatoueerde personen, zooals dit
het geval is met verschillende Duitsche poli
tiearchieven: slechts worden in de signale
mentsboekjes der verdachte personen de
zichtbare tatouages (op gezicht en handen)
vermeld.
110
