geboomte is sterker gevarieerd, kastanje en spar, bruine beuk, grijze schietwilg en geelachtige treurwilg wis selen elkaar af. Binnen het terrein vinden wij de gezel lig slingerende wegen, de verspreide boomgroepen, die ons herinneren aan de openbare parken uit dien tijd, aan het Vondelpark en het park aan de Maas te Rotterdam, aan het werk van de Zochers en aan Leonard A. Springer. Door hun romantische sfeer en gewilden modevorm zijn de „landschappelijke" buitenplaatsjes in ons cul tuurlandschap eigenlijk minder op hun plaats dan de strakke, geometrische parken van de 17e en 18e eeuw. Zij liggen in het regelmatige patroon van akkers en weiden als vreemde elementen. Wèl harmonieeren zij met grilliger, natuurlijker landschapsvormen, met een bochtig rivierke of een ronde doorbraakkolk, waar zij in de omgeving van Deventer en Zutfen omheen zijn gebouwd, met het dichte, rijk gescha keerde Walchersche land (fig. 2), met de onmiddel lijke omgeving van oude stadjes. In vele van onze fraaiste landschappen, zoowel in het open cultuurland van het Westen en Noorden als in de oudere, romantischer gebieden in het Oosten en Zuiden is de buitenplaats met zijn heerenhuis of kasteel en het omgevende park het gloriepunt van het land schap, soms de omgeving beheerschend, soms alleen een verfijnde editie leverend van de eigenaardigheden van de streek. Niet overal is het buiten zoo belangrijkin het Lim- burgsche land, waar het landschapstype veel sterker wordt bepaald door hoog en laag, door den dicht- begroeiden steilen rand, de golvende akkers op het plateau en het smalle beekdal met zijn populieren en zijn kronkelend water, ligt het kasteeltje verscholen in het dal of het kleeft ergens aan den rotswand. Het is daar wel één geworden met zijn omgeving, maar het is nauwelijks meer domineerend dan de water- 10

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 8