restant van meer dan dertig meter hooge lindeboomen bevindt zich ten westen van den grooten vijver, in de as van het hoofdgebouw. Bij het slot waren natuurlijk enkele siertuinen aangelegd, met kunstige waterwer ken en grond-lofwerken, waarvoor ook een watermolen en waterreservoir werd gebouwd. Petrus Schenk, in zijn verzameling gravures geeft er een afbeelding van (fig. 44) op den achtergrond is een der hekwerken van de wildbaan te zien. Interessanter dan het park van Soestdijk, dat in de 19e eeuw grondig is gewijzigd en dat van elke opeen volgende generatie van bewoners op willekeurige plaat sen aanvullingen en toevoegingen vertoont, is het over- bosch de Eult. Men noemt dit gewoonlijk het Baarn- sche boschalleen het deel ten zuiden van de spoorlijn AmsterdamAmersfoort is gespaard, in het noordelijke derde deel hebben zich reeds in het einde van de 19e eeuw de villawijken van Baarn genesteld. Fig. 45 geeft den toestand weer naar een oude kaart, kort na den aanleg van de spoorbaan. Toen Anna van Engeland het terrein kocht, voor den minderjarigen Willem V, was de hoofdopzet van den aanleg reeds aanwezig; bezien wij de kaart dan blijkt onmiddellijk dat de eigenaars van plan waren, ergens tusschen de praamgracht en de plaats waar nu de laan naar de Naald loopt, een hoofdgebouw te zet ten, even ten westen van de boerderij dus. Zoover is het nooit gekomen, het werd overbosch van Soestdijk, zonder dat de hoofdlijnen van het park werden gewijzigd. De „vercieringen" die ongetwijfeld waren beraamd bleven echter achterwege. Ondanks het feit dat we hier dus een stuk werk hebben, dat in 1674 niet af was, en nooit werd beëin digd, is de Eult een van de plaatsen waar wij het zuiverst de sfeer van het 18e eeuwsche buiten kunnen proeven, en waar wij de nobele verhoudingen het beste terug vinden. 83

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 81