kunnen zien van de sfeer van het oude buiten. Doch
hierover meer in hoofdstuk XI.
Wanneer, ondanks alle haveloosheid en verwaarloo-
zing, ondanks 19e eeuwsche wijzigingen en 20e eeuw-
schen bouw met kleine landhuisjes, toch de Vecht een
schoone, heerlijke stroom is gebleven, met prachtige
buitenverblijven, waar wij de statiejachten ons zonder
eenige moeite bij kunnen voorstellen, dan pleit dat wel
zeer sterk voor de wijze waarop onze vaderen hun
zomerverblijf kozen, en voor de kunde en kunst van
de „ervarene en alombefaamde architecten en meesters
van plantagien konstig aan te leggen".
Wat zal óns nageslacht zeggen van de streken waar
wij buiten zijn gaan wonen, van Bilthoven, Heemstede,
Heilo, van de zomerverblijven bij Heerde, Putten en
Oisterwijk?
Fig- 9-
80