INLEIDING DE BUITENPLAATSEN IN ONS LANDSCHAP E enige verwondering zal het zeker wekken, dat in de Heemschutserie een deeltje is opgenomen over de Oud- Nederlandsche buitenplaatsen en tuinen. Menigeen zal de overtuiging hebben, dat dit onderwerp meer thuis behoort in een tuinbouw-bibliotheek, misschien in een historisch handboek of een verzameling van deeltjes omtrent de kunstgeschiedenis. Want de oude buitens zijn immers voor ons een over wonnen standpunt, wij zouden er niet over denken nog, evenals voorheen, parken aan te leggen met ge schoren heggen, recht opgesnoeide boomen, taxuspyra- miden en krulfiguren van palmranden? Wij zijn ver eerders geworden van de Natuur, van de vrije, oor spronkelijke ruimte, en willen niets meer weten van al die stijve kunstmatigheid. Wanneer wij de stad even kunnen ontvluchten, zijn wij te vinden in de bosschen van Bergen, in het park Groenendaal te Heemstede,- in de loofhoutgebieden bij 's Graveland, bij De Vuursche en Baarn, die ons meer bevredigen dan de eentonige dennenbosschen. Wan neer wij een langere vacantie hebben, zwerven wij langs den Utrechtschen heuvelrug naar de omgeving van Am- hem, maken een tocht door den onvergetelijken Achter hoek met z'n voortdurende wisseling van bosch en veld, of wij genieten van de groote openheid van het piassen en weideland, omzoomd door de ijle boomschermen van de wegen en de dichte bosschages nabij de dorpen. En bij al die omzwervingen vergeten wij dat Bergen en Heilo, Groenendaal, de Keukenhof en Offem, even als alle boschcomplexen tusschen Leiden en Loos duinen oude buitens zijn met hun jachtboschjes. 's Graveland en het Spanderswoud bestaan uit één samenhangende groep buitenplaatsen, De Vuursche, 5

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 3