wordt verlevendigd. Men zou zeggeneen verkleinde, iets uitgerekte nazaat van 't Amsterdamsch stadhuis. Aan de zijkanten blijkt dat deze klassieke voorgevel niet meer is dan een valsch frontdaar vinden wij in warm rooden baksteen grillige architectuur, die ons doet denken aan oude gevels in Zutphen, Deventer en Doesburg, een topgevel met in- en uitgezwaaide vormen, met overhoeksche pinakels, met boven in den top een groote overbouwde windkast, waarin zich de rol van een windas bevindt. Het geheel is een typisch staal van Geldersche volkskunst. Een studie van de bouwgeschiedenis van dit kasteeltje, en een onderzoek naar de ontwikkeling van den omgevenden aanleg zou zeker de moeite loonen. Een tweede reeks landgoederen en buitenhuizen, van geheel anderen aard vinden wij op de zware zavel en kleigronden langs den IJsel. Hier treffen wij geen groote bosschen aanhet zijn echte landbouw-kastee- len, gelegen op terpen, dikwijls bij verlaten rivierarmen of doorbraakkolken, met vele hooge boomen op het erf, als eilanden tusschen de uitgestrekte uiterwaarden met hun doornenheggen Van dit type is de Molecate bij Hattem, Noordijk bij de Wilp, de Lathmer en de Pol, Swinderen en enkele kleinere bij Brummen. Ook aan den anderen oever van de rivier liggen dergelijke kleine landbouwbuitens, dikwijls zeer oud. De zuidrand van de Veluwe rest ons nog, met vele buitens. De hof te Dieren is langzamerhand niet meer dan een restant van de oude vorstelijke bezitting van Prins Willem III, het park van Avegoor is sterk be snoeid, Middachten, dat nog zijn vollen luister ver toont, zullen wij in een volgend hoofdstuk bespreken. Rhederoord prijkt als voorname 19e eeuwsche bui tenplaats op den heuvelrandde twee oudere kastee- len bij Velp, Biljoen, een uitmuntend onderhouden 18e 104

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 102