heeft 't allerbest gesijt". Hij zou zich ook kunnen troosten met de ontdekking dat hij niet de eenige was wiens werk verminkt werd, want aan de Laurierstraat 68 geschied de in 1915 hetzelfde aan een huis dat in 1759 gebouwd was en waar St. Johannes toen in den gevel geplaatst werd, helaas niet ver eeuwigd, want na anderhalve eeuw ver dween de evangelist. Zoo ging het met vele andere fraaie oude gevels. Dat kwam, omdat er toen nog geen Schoonheidscommissie voor de oude stad en geen Monumentencommis sie, alleen maar een „Commissie voor stads- schoon" bestond, die nog niet veel in te brengen had. Een der eerste verplaatsingen gebeurde in de Jordaan, waar op den hoek van de Lau riergracht 62 en de Eerste Laurierdwars straat een gevelbekroning van een nabijge legen en afgebroken huis terecht kwam. Dat geschiedde in 1933. Een opvolgend geval, in 1935, deed op een herbouwd huis in de An jeliersstraat 23 een mooien gevelhals van el ders komen. Dat huis werd niet voor de eer ste maal bewerkt, want het heette in de acht tiende eeuw De Toorn van Campen, maar daarvan was niets meer te zien. De puin- schuit zal hier vroeger reeds diensten bewe zen hebben. 36

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 48