Waar kwamen de baksteenen vandaan? Dat was, zooals vanzelfsprekend is, van de dichtstbij gelegen rivieren en vindplaatsen van klei. Het dikke formaat, de zoogenaam de moppen, kwamen van de Lek, den Rijn en de Waal; zij dragen nu nog den naam Waalsteen of Waalformaat. De dunne stee- nen de lange heeten moppen, de korte drielingen kwamen van de Vecht of van de omgeving van Leiden; de Vechtsche stee- nen in roode kleur, later in meer bruine tint, de Leidsche steenen in hoogroode kleur, vooral voorkomende aan de oudste gevels. De groote branden die Amsterdam troffen, hadden tot gevolg dat baksteen voor tus- schenmuren en later voor de geheele huizen werd voorgeschreven. De steen werd gebakken bij de vindplaats van de klei, in open veldovens, bestaande uit dikke muren en boven open. De in klei met de hand gevormde blokjes werden vernuftig gestapeld met sparing van kanalen waarin de turf brandde. Zes weken stoken, zes we ken afkoelen, zes weken uitkruien, zes weken vullen, twee baksels per zomer. De steentjes werden gesorteerd. Wie 't dichtst bij 't vuur is warmt zich het best. Er kwamen onder steenen de harde en bovensteenen de zachte uit, ondergrauw en bovengrauw. 10

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 14